We hebben het goddómme altijd al geweten: de Efteling, dat is de duivels speelgrond. Pardoes, die NAR, is een regelrechte Farizeeër. Om over de smerige seksuele insinuaties van die zuigende afvalpoppen overal in de berm maar te zwijgen. Of die Stoomcarroussel, die de Industriële Revolutie inluidde en daarmee de mensheid wegdreef van Het Woord Gods, om hen regelrecht in de armen van het hersenloze consumentisme van de welvaart te drijven. Langnek, met zijn poging om tot de hemel te reiken met die lange nek van ‘m, praktisch náást Vogel Rok, die rechtstreeks uit de KROCHTEN van de hel naar de bovenwereld is gekomen. Het Land van Laaf, de achtste Bijbelse plaag. De Vliegende Hollander wel eens gezien? Het is godnondeju alleen aan MOZES voorbehouden om water te splijten.
Nog erger is de Python, een regelrechte verwijzing naar de slang uit het Paradijs. Droomvlucht? Een blasmefische schijnwereld vol Elven en Bostrollen en tevens één lange drugs allegorie. Echt boosaardig is het Sprookjesbos, met al haar hekserij en natuurlijk die vliegende haatbaard boven die tulpen, dat is net zo gemoslimificeerd als Roodkapje met dat kopvod en die Grijze Wolf van d’r. Tevens het bos waar Sneeuwwitje huist. U weet wel, die HOERRR die hokt met zeven ranzige Dwergen, van de Appel vrat en in slaap viel. En die zeven geiten, soit, maar WAAR is het Lam Gods!? Dan zwijgen we tenslotte nog over de onchristelijke toegangsprijzen, om over de Judastoeslag voor de parking maar helemáál niets te zeggen. Überhaupt, al dat PLEZIER in dat BLASFEMIEPARK. Zó heeft de vrome Anton Pieck het nooit bedoeld. De tiefus, wij zijn met de luitjes van Grefoweb naar Oranjestad. (Toverspiegel)
Bron: geenstijl Tekst: Van Rossem